De bedrijfsopvolgingsregeling (“BOR”) is een faciliteit die regelmatig aandacht behoeft; zowel van de belastingplichtige die er een beroep op wil doen als van diens adviseur.
De Nederlandse rechter moet zich met enige regelmaat buigen over de (toepassing van de) BOR. Recentelijk niet eens zozeer over de toepassing ervan, maar over het (onterecht) niet toepassen van de BOR. Wat bleek: belastingplichtige had de BOR kunnen toepassen, echter diens “fiscaal adviseur” heeft in de aangifte erfbelasting geen beroep op de BOR gedaan waardoor € 450.000 erfbelasting teveel is betaald.
Uit betreffende uitspraak van de rechtbank blijkt dat:
- de BOR een complexe regeling is;
- het bezigen van de titel “fiscaal adviseur” niet impliceert dat de vereiste fiscaal-
juridische kennis en ervaring voor signalering en toepasbaarheid van de BOR
aanwezig is; en
- het (financiële) belang van de BOR groot kan zijn.
Kortom, zorg ervoor dat u als ondernemer gedegen advies inwint bij een professioneel advieskantoor. Wij denken uiteraard graag met u mee.
De regeling
De successiewet 1956, welke de grondslag vormt voor heffing van erf- en schenkbelasting, kent een regeling op grond waarvan ondernemingsvermogen (deels) onbelast kan overgaan naar een volgende generatie: de bedrijfsopvolgingsregeling (“BOR”).
Kort gezegd komt de BOR neer op het volgende.
Tot een bedrag van € 1.119.845 (in 2021) is de verkrijging van ondernemingsvermogen geheel vrijgesteld van erf-/schenkbelasting. Ten aanzien van het verkregen ondernemingsvermogen dat dit bedrag te boven gaat, geldt een vrijstelling van 83%.
Voor de erf-/schenkbelasting over de overige 17% kan 10 jaar uitstel worden verleend.
Achtergrond van de regeling
Voor veel families met een bedrijf is de continuïteit van dat bedrijf de belangrijkste doelstelling die nagestreefd wordt. De BOR faciliteert een fiscaal gunstigere overdracht van ondernemingsvermogen en is daarmee een belangrijk instrument gericht op de continuïteit van (familie)bedrijven en tevens op het behoud van werkgelegenheid. Heffing van erf- en schenkbelasting bij de verkrijging van ondernemingsvermogen kan immers liquiditeitsproblemen tot gevolg hebben.
Voorwaarden voor toepassing van de BOR
Voor toepassing van de BOR gelden voorwaarden voor wat betreft:
- Ondernemingsvermogen
Er moeten daadwerkelijk ondernemingsactiviteiten plaatsvinden; de faciliteit geldt enkel ten aanzien van echt ondernemingsvermogen, waarbij een beleggingsvermogen van maximaal 5% van het ondernemingsvermogen is toegestaan.
- Bezit
Degene van wie het ondernemingsvermogen wordt verkregen, moet eigenaar van de (aandelen van de) onderneming zijn geweest gedurende minimaal 5 jaar ingeval van schenking en gedurende minimaal 1 jaar ingeval van vererving.
- Voortzetting
Degene(n) die de onderneming verkrijgt/verkrijgen, moet deze minimaal 5 jaar voortzetten.
Toepassing en invulling van de BOR en haar specifieke voorwaarden is complex. Zo zijn er veel onduidelijkheden over de kwalificatie van vermogen als ondernemingsvermogen dan wel als beleggingsvermogen (deze laatste valt in beginsel niet onder de reikwijdte van de BOR). Ook het bezits- en voortzettingsvereiste leveren in de praktijk de nodige knelpunten op, bijvoorbeeld ingeval van een herstructurering. Overigens maakt de BOR regelmatig onderdeel uit van meer omvattende estate planning.
Goed fiscaal-juridisch advies is derhalve onmisbaar.
Recente ontwikkelingen
De Tweede Kamer heeft recentelijk twee moties aangenomen om de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet 1956 te verbeteren, zodat meer sprake is van een gelijk speelveld voor Nederlandse familiebedrijven; binnen Europa zou Nederland namelijk een van de minst gunstige bedrijfsopvolgingsregelingen hebben.
In één van de moties wordt specifiek verzocht te onderzoeken hoe het bezits- en voortzettingsvereiste van de BOR geharmoniseerd kunnen worden met soortgelijke regelingen van andere EU-landen. In Nederland leiden de bezits- en voortzettingseis er toe dat acquisities in de vijf jaren voorafgaand aan een schenking of in het jaar dat voorafgaat aan een vererving, niet onder de BOR vallen. Evenmin is de BOR van toepassing op desinvesteringen in de vijf jaar ná vererving of schenking. Deze beperkingen leiden tot een onevenredig concurrentienadeel ten opzichte van bedrijven in andere EU-landen.
Hoewel enerzijds het belang van de BOR wordt benadrukt, worden op overheidsniveau tegelijkertijd vraagtekens bij de doelmatigheid van de BOR geplaatst en een (gedeeltelijke) afschaffing of versobering ervan voorgesteld.
De toekomst zal moeten uitwijzen welke afslag een volgend kabinet gaat nemen. Uiteraard blijven wij deze ontwikkelingen nauwlettend volgen.
Mocht u voornemens zijn uw bedrijf over te dragen, neem dan contact met ons op zodat we de mogelijkheden van toepassing van de BOR kunnen bespreken.
Klik hier voor PDF